Adriaan van Dis opende literaire najaar

Een jaar lang geen fysieke bijeenkomsten. Bijna niet voor te stellen. Maar een jaar na Auke Hulst trapte Adriaan van Dis af, nu hopelijk voor een lange serie bijeenkomsten waarbij we elkaar weer kunnen ontmoeten. Zondag 19 september hopen we dan ook te markeren als een omslagpunt.

Eigenlijk hoopten we zondag een knallend jubileum feest te vieren, want een jaar geleden bestonden we al 15 jaar. Maar dat hebben we toen moeten laten gaan door alle coronaperikelen. Nu was er wel gelegenheid om bij elkaar te komen, maar kende de bijeenkomst een sober karakter. Maar wie goed keek, zag een volle Oude Mariakerk, met 100 gasten. Adriaan van Dis was te gast, zoals hij dat ook ‘halverwege’ was. In maart 2013, toen nog in de oude synagoge.

Parallel aan ons 15-jarig bestaan, sprak Van Dis over de thema’s van de laatste 15 jaar van zijn schrijverschap. De veranderende wereld, waargenomen door de gevoelige sensoren van een schrijver. Inherent aan het schrijverschap. Meermalen spreekt hij over de veranderende positie van Europa, of specifieker Parijs, waar hij ook jaren heeft gewoond. Migratiegolven, veranderende opvattingen.  De tegenstelling tussen inwoners van nu,  een deel onbevreesd een ander deel bezorgd, meer in zichzelf gekeerd.

Opvallend is dat Van Dis in het maatschappelijke debat de stem mist van de elite “iedereen die een boek leest.” De elite is plooibaar geworden, lijkt steeds minder een stem te hebben. “Laat je dus niet opzij schuiven. En jullie van Deventer Literair, laten jullie ook je stem horen?” En zo kregen de bezoekers ook nog huiswerk mee.

Volgende maand gaan we verder met Oek de Jong. Hopelijk tot dan!

Gerco Grevers